Het gespotte exemplaar

Langs de mooie grachten van Utrecht zagen wij deze Rover 3500 uit 1977, die rond de jaarwisseling 2020-2021 naar Nederland kwam. Bij de import kreeg de auto trouwens een toepasselijk kenteken, gezien het bouwjaar. We hebben het idee dat de auto sindsdien is uitgegroeid tot een bekende verschijning in de stad, in ieder geval onder autoliefhebbers. De Rover staat er over het algemeen erg mooi bij, al vallen wel twee dingen op. Zo staat hij aan de achterkant wat hoog op de pootjes en hoewel de koplampen bij vroege exemplaren wel wat verzonken horen te zijn, liggen ze bij dit exemplaar wel erg diep in de voorzijde.

De Rover SD1

De Rover 3500 was onderdeel van een modellijn die overkoepelend beter bekend is als de Rover SD1. Dat was de interne aanduiding voor het ontwikkelingsproject, maar werd uiteindelijk in de volksmond ook gebruikt als typeaanduiding. De SD1 had namelijk geen officiële overkoepelende typenaam, die hing volledig af van de specifieke uitvoering. ‘SD1’ staat voor Specialist Division 1, waarbij het nummer het projectnummer is. De SD1 was dus het eerste model van de nieuwe ontwikkelingsafdeling in eigen huis.

(Niet) revolutionair

De Rover SD1 kwam in 1976 op de markt, als opvolger van zowel de Rover P6 als Triumph 2000/2500. Wat het design betreft is het geen geheim dat onder meer de Ferrari 365 GTB/4 ‘Daytona’ als inspiratie diende. Voor die tijd en zeker voor een Brits merk was de SD1 best revolutionair te noemen, met zijn gestroomlijnde vormgeving. Ook zat de auto vol slimme designdetails. Zo was het dashboard grotendeels modulair opgebouwd, zodat met dezelfde onderdelen een links of rechts gestuurde versie gebouwd kon worden. Ook het materiaalgebruik was nieuw, met nauwelijks tot geen hout maar wel moderne, zacht aanvoelende kunststoffen.

Op technisch vlak was de Rover SD1 dan weer wat minder geavanceerd. Om de productie te vereenvoudigen werd de De Dion-achteras van de voorgaande P6 vervangen door een eenvoudige starre achteras en de auto kreeg ook trommelremmen achter. In plaats van een gloednieuwe viercilinder lagen onder de lange motorkap doorontwikkelde versies van de bestaande 2,3- en 2,6-liter zes-in-lijnmotoren, of de eveneens al bestaande 3,5-liter Rover V8.

Rover SD1 wordt Auto van het Jaar

De Rover SD1 werd met enthousiasme ontvangen door pers en publiek en werd zelfs uitgeroepen tot Auto van het Jaar 1977. Ook betekende de SD1 de terugkeer van Rover op de Noord-Amerikaanse markt (zij het met matige verkopen). De auto werd echter al snel geplaagd door een matige bouwkwaliteit, wat het enthousiasme bij velen inperkte. In 1979 werd het aanbod uitgebreid met een nieuw topmodel in de vorm van de V8-S, al werd die in 1980 alweer vervangen door een luxe Vanden Plas-uitvoering.

Facelift voor de Rover SD1

In 1983 volgde een subtiele facelift. De koplampen waren niet langer verzonken en voortaan met chroom omlijst. In het interieur werd het instrumentarium aangepast en keerde hout toch weer terug voor een wat luxere uitstraling. Ook werd het modelaanbod uitgebreid met een 2,0-liter viercilinder, vooral gericht op de zakelijke markt aangezien de kleinere motorinhoud belastingvoordeel met zich meebracht. Ook werd een 2,4-liter viercilinder diesel aan het aanbod toegevoegd, nu diesel in steeds meer markten populair werd. In de vorm van de Rover Vitesse werd ook een nieuw topmodel aan het aanbod toegevoegd.

Ondanks de niet in alle landen even succesvolle verkopen hield de Rover SD1 het nog vol tot en met 1986, toen het model werd afgelost door de Rover 800. De SD1 bleef echter nog tot ruim in 1987 leverbaar uit voorraad.