Met de nieuwe Jaguar XE probeert de fabrikant het opnieuw in de middenklasse. De klasse waarin het merk écht voor de aantallen gaat. Jaguar doet dat met een auto die volledig is gericht op sportiviteit en luxe, net als de BMW 3-serie die als grootste concurrent mag worden aangemerkt. Volgens Jaguar is de XE een pure rijdersauto, met een luxueus interieur, een elegante styling en geavanceerde technologie. Hij is ontworpen op basis van een volledig nieuwe, modulaire voertuigarchitectuur die voor driekwart uit aluminium bestaat. En dat is bijzonder. Daardoor is de XE zowel de lichtste als de stijfste sportsedan die Jaguar ooit bouwde. Jaguar lanceert de XE in sportieve S-uitvoering. Deze heeft een 3.0 V6 Supercharged, die 250 kW (340 pk) en 450 Nm naar de achterwielen stuurt. Daarmee is een sprint van 0 naar 100 km/uur in minder dan vijf seconden mogelijk. Er komen ook nieuwe 2,0-liter benzine- en dieselmotoren. De zuinigste dieselversie (163 pk, 380 Nm) verbruikt minder dan 4,0 l/100 km en produceert 99 gram CO2/km. Dat betekent 20 procent bijtelling voor de zakelijk rijder – heel belangrijk voor de Nederlandse markt. De XE markeert ook op andere vlakken een mijlpaal voor Jaguar. Zo is het de eerste ‘Jag’ met elektrische stuurbekrachtiging, die samen met de hoogwaardige wielophanging zorgt voor een toonaangevend rijgedrag in dit segment. Tevens is het de eerste Jaguar sinds 2009 die met een handgeschakelde versnellingsbak wordt aangeboden. Uiteraard staat ook de fluwelen achttrapsautomaat van ZF op het menu. De Britse autofabrikant Jaguar Land Rover ligt op schema om de 25 procent CO2-recutie over het voltallige modelaanbod te realiseren. Naast efficiëntie bieden de dieselmotoren ook betrouwbaarheid gezien het onderhoudsinterval van twee jaar of ruim 33.000 kilometer. Hierdoor zal de XE beloond worden met zeer aantrekkelijke leasetarieven.