
Verdeeldheid binnen EU over uitstootnorm personen- en bedrijfswagens
'Vooral Duitsland en Oostenrijk liggen dwars'

De lidstaten van de Europese Unie kunnen het maar niet eens worden over de CO2-uitstoot die nieuwe personenauto’s en bedrijfswagens in 2030 maximaal mogen uitstoten.
35% reductie
Deze week zou een knoop worden doorgehakt. Na maanden gesteggel over hoe strikt de CO2-uitstoot van nieuwe personenauto’s en bedrijfsvoertuigen in 2030 moet worden teruggebracht, faalde de Europese Unie opnieuw om een akkoord te bereiken.
In eerste instantie werd een reductie van 30% voorgesteld ten opzichte van de uitstootnorm die voor 2021 is vastgelegd. Daar leken alle lidstaten mee in te stemmen, maar een aantal landen waaronder Nederland en Frankrijk willen ten minste 35% reductie.
Dat is voor Duitsland weer een doorn in het oog. Het grootste autoproducerende land van Europa stelt dat nog strengere CO2-normen de eigen auto-industrie beschadigt en werkgelegenheid gaat kosten. EU-voorzitter Oostenrijk wordt verweten dat het samenzweert met Duitsland. Kortom, een akkoord lijkt nog ver weg.
Overigens is de transportsector de enige sector waarbij de CO2-uitstoot nog toeneemt. De Europese Unie streeft naar een algehele CO2-reductie van 40% in 2030.
LEES OOK: Waarom auto’s tóch duurder worden door nieuwe verbruiksmeting