Nederlandse autokoper betaalt vanaf 2020 structureel 200 miljoen euro te veel aan BPM
Honderden miljoenen BPM te veel naar de schatkist.
De Nederlandse autokoper betaalt vanaf 2020 structureel zo’n 200 miljoen euro te veel aan BPM. Daarbij worden kleinere auto’s relatief het hardst geraakt. Daarnaast vloeit er tot half 2020 ruim 600 miljoen euro BPM te veel naar de schatkist. Dat blijkt uit onderzoek van KPMG in opdracht van RAI Vereniging en BOVAG.
Overgang naar de ‘WLTP’-emissietest
Oorzaak is de overgang naar de ‘WLTP’-emissietest voor nieuwe personenauto’s. De staatssecretaris legt deze onthutsende feiten naast zich neer. RAI Vereniging en BOVAG zijn furieus. “De melkkoe is weer van stal: de overheid int onterecht honderden miljoenen aan extra belasting bij de autokoper, ondanks de eerdere belofte dat de nieuwe emissietest niet tot een hogere BPM-inkomsten mag leiden. De Tweede Kamer moet direct ingrijpen.”
“RAI Vereniging en BOVAG zijn furieus”
CO2-waarde valt op papier hoger uit
De fors hogere BPM-inkomsten – de luxebelasting op de aanschaf van auto’s – voor de schatkist zijn het gevolg van de invoering van de nieuwe WLTP-emissietestmethode. Die heeft per 1 september 2017 de oude ‘NEDC’-methodiek vervangen en geeft een realistischer beeld van de werkelijke CO2-uitstoot.
Het gevolg van deze overgang is dat de gemeten CO2-waarde voor exact dezelfde auto op papier hoger uitvalt. Omdat in Nederland de hoogte van de BPM wordt bepaald op basis van de CO2-uitstoot, stijgt ook de gemiddelde BPM op een auto. Om die reden past het ministerie van Financiën vanaf 1 juli 2020 de BPM-tabel permanent aan de nieuwe WLTP-waarden aan.
ZIE OOK: De bizarre prijsverschillen van deze 10 nieuwe auto’s in Europa
Twee zaken
Op basis van een grondige studie door KPMG stellen BOVAG en RAI Vereniging twee zaken vast. Ten eerste int de schatkist in de overgangsperiode van 2018 tot 1 juli 2020 honderden miljoenen aan extra BPM-inkomsten.
Ten tweede is de aangekondigde aanpassing van de BPM-tabel per 1 juli 2020 niet voldoende om deze onbedoelde meeropbrengst helemaal terug te draaien, waardoor de overheid ook structuréél 200 miljoen extra aan BPM-inkomsten binnenharkt, waarbij de kleinere modellen relatief het hardst geraakt worden.
Meer dan 600 miljoen extra naar schatkist
Staatssecretaris Snel concludeerde eerder op basis van TNO-onderzoek dat de WLTP-emissietest in de overgangsperiode weinig effect heeft op de BPM-hoogte van een nieuwe auto. De hogere BPM-inkomsten in die periode zijn volgens de staatssecretaris het gevolg van de stijging van de verkopen van grotere en zwaardere auto’s, die meer CO2 uitstoten.
Het onderzoek van KPMG weerlegt dit. KPMG gebruikt een soortgelijke methodiek als TNO. Doordat het KPMG-onderzoek later plaatsvond dan dat van TNO, beschikt KPMG echter over veel meer praktijkdata van nieuwe auto’s.
Opvallende constatering
KPMG constateert dat vanaf 1 september 2017 tot de overgang naar de nieuwe BPM-tabellen op 1 juli volgend jaar, de overheid 600 tot 650 miljoen extra BPM-inkomsten ontvangt. En vanaf 1 juli 2020 ontvangt de overheid nog eens structureel 200 miljoen euro per jaar extra. Dit bedrag is direct te relateren aan de overgang naar de nieuwe WLTP-emissietest en niet het gevolg van hogere verkoopaantallen van grote zwaardere auto’s.
LEES OOK: BOVAG luidt noodklok om daling autoverkoop
Tweede Kamer moet ingrijpen
Voor RAI Vereniging en BOVAG is de maat nu echt vol. De aankondigde BPM-tabellen moeten per direct worden aangepast en de tijdelijke meeropbrengst moet worden gecompenseerd. Steven van Eijck, voorzitter RAI Vereniging: “Het ministerie is al weken op de hoogte van de uitkomsten van het KPMG-onderzoek, maar legt zonder overleg alles naast zich neer. Ondanks alle nieuwe feiten, betaalt de automobilist weer de rekening en moet de autokoper nog dieper in de buidel tasten voor een schone, zuinige nieuwe auto. De verkoop van nieuwe auto’s in Nederland staat nog meer onder druk en bovendien haaks op ons streven naar een duurzamer wagenpark, dat minder uitstoot. Het is nu aan de Tweede Kamer om zo snel mogelijk in te grijpen en een einde te maken aan deze vertoning.”
“Dit is echt onbestaanbaar”
Peter Niesink, algemeen directeur BOVAG: “Dit is echt onbestaanbaar. Hier is sprake van een structurele verhoging, terwijl toenmalig staatssecretaris Wiebes van Financiën had beloofd dat de autokoper niet de dupe zou worden van de invoering van de WLTP. De overgang zou ‘budgetneutraal’ plaatsvinden. Dat is niet het geval en nieuwe auto’s zijn nu nog duurder gemaakt. En dan gaat het dus om vele honderden miljoenen! Wij vragen de Tweede Kamer om het Kabinet aan de eerdere toezeggingen te houden. Hiervoor moet de aangekondigde BPM-tabel worden aangepast en de te veel betaalde BPM gecompenseerd.”