Auto’s van Toen: Saab 99
Met zelfherstellende bumpers
 |
Door Paul Spek. Als (model)autoliefhebber schrijft hij wekelijks de rubrieken AutoRAI in Miniatuur en Auto’s van Toen. Rijdt een smart citycoupé en een Ford Streetka. |
In 1945 begon vliegtuigfabrikant Saab aan de ontwikkeling van een auto. Dat werd de 92, die in 1949 op de markt verscheen. Bijna twintig jaar later verscheen de 99.
Twee decennia
De 99 was het eerste geheel nieuwe model van Saab in twee decennia. De 92 was immers geëvolueerd in de 93, 96 en 95 en de 99 week daar voor de verandering volledig van af.
Gudmund
De ontwikkeling van de 99 – project Gudmund – begon in 1964. Het nieuwe model moest groter worden dan 96. Grappig is dat de eerste prototypes van de 99 in de lengte doorgezaagde en met twintig centimeter verbrede 96’s waren. Net zo grappig is dat het eerste prototype van de nieuwe carrosserie als merknaam ‘daihatsu’ droeg, samengesteld uit de losse letters van badges van andere Saabs.
“In 1973 introduceerde Saab een opvallende modelvariant, de CombiCoupé, met een derde deur.”
Optimaal uitzicht
Saab voorzag het nieuwe tweedeursmodel van talrijke innovaties en veiligheidsvoorzieningen – iets waarmee Saab zich bleef onderscheiden. De 99 had bijvoorbeeld een opvallend bolle voorruit voor optimaal uitzicht, zelfherstellende bumpers, koplampsproeiers en verstevigingsbalken in de portieren ter bescherming van de inzittenden in het geval van een zijdelingse aanrijding.
Achterstevoren
Voor de 99 liet Saab een nieuwe viercilindermotor ontwikkelen door het Engelse Triumph. De eerste jaren was deze motor exclusief voor Saab, later monteerde Triumph een versie van dezelfde motor in de Dolomite. Opvallend was dat Saab de motor ‘achterstevoren’ monteerde, met de koppeling aan de voorzijde. Net als in de Triumph Dolomite was de versnellingsbak onder de motor geplaatst. Net als de 96 en zijn voorgangers was ook de 99 voorzien van voorwielaandrijving – wat overigens nog helemaal niet zo gangbaar was in die tijd.
“In 1978/1984 werd de 99 afgelost door de 900, die duidelijk was afgeleid van de 99..”
Middentunnel
Ook uit veiligheidsoverwegingen was de 99 voorzien van een motorkap die aan de voorzijde scharniert en een onderstel met ingebouwde kreukelzones. Eveneens uit veiligheidsoverwegingen plaatste Saab het contactslot van de 99 op de middentunnel. Bovendien blokkeerde dat slot niet het stuur, maar de versnellingsbak. En de bestuurder moest de bak in zijn achteruit zetten voordat hij de sleutel kon uitnemen.
Vierdeursversie
In 1971 introduceerde Saab de vierdeursversie van de 99. Tegelijk groeide de cilinderinhoud van de Triumph-motor van 1,7 naar 1,85 liter. Vanwege kwaliteitsproblemen nam Saab echter na verloop van tijd de verdere ontwikkeling over.