Autotest – Peugeot Rifter (2018)
Koning in opbergmogelijkheden
Door Bart Oostvogels. Mede-hoofdredacteur AutoRAI.nl en MotorRAI.nl. In de wieg gelegd als automotive journalist. Een échte nieuwsjager en liefhebber van auto’s én motoren. Hoe lichter, hoe beter! Als het maar wielen heeft. |
De naam Peugeot Partner Tepee mag met pensioen. In het vervolg luistert de MPV naar de naam Peugeot Rifter. Het is de eerste van het nieuwe drieluik Citroën Berlingo Multispace, Opel Combo Tour en Peugeot Rifter. Hoe goed is de nieuwe Rifter?
Gebruiksgemak
Er zijn mensen die de auto puur als functioneel middel zien om van A naar B te komen. Mensen die geen waarde hechten aan spannende rij-eigenschappen, maar voorkeur geven aan ruimte, comfort en gebruiksgemak. Design is bijzaak. Dat de auto lijkt op een busje is niet erg: zolang het hele gezin maar gerieflijk kan zitten. Voor die mensen zijn er al jaren auto’s als de Peugeot Rifter. MPV’s gebaseerd op bedrijfswagens, in dit geval een familie-MPV gebaseerd op de nieuwe Peugeot Partner. Boxy design dus en zeeën aan ruimte.
Opbergen maar
Je kan er een sport van maken om het aantal opbergvakken in de nieuwe Rifter te tellen. Overal waar je kijken kan, heeft Peugeot voorzieningen gemaakt om spullen op te bergen. Er zijn zelfs twee dashboardkastjes. Je leest het goed: de airbag is niet in het dashboard ondergebracht, maar bovenin de dakstijl. In de middentunnel bespeuren we nog handige opbergplaatsen voor 1,5-liter flessen en zelfs in het dak zijn vakken gecreëerd.
‘Plafondbox’
Bijzonder handig is de ‘plafondbox’ waar je vanuit het interieur of via de achterzijde bij kan. De kofferklep volledig openen hoeft niet om er spullen uit te halen. De achterruit kan ook afzonderlijk worden geopend. Uiteraard staat dit alles los van de bagageruimte die bij de nieuwe Rifter gegroeid is. Fietsen, vrieskisten, bankstellen, in de Rifter kun je eigenlijk van alles vervoeren.
i-Cockpit
De Citroën Berlingo Multispace, Opel Combo Tour en Peugeot Rifter zijn samen ontwikkeld. Een verschil met de Citroën en Opel is dat Peugeot voor een deels eigen interieurontwerp heeft gekozen, met als gevolg dat we in de Rifter de beroemde i-Cockpit van Peugeot treffen. Hiermee doelen we op het compacte stuurwiel, met daarboven het instrumentarium.
Head-up display
Afhankelijk van je lichaamsbouw heb je goed zicht op de meters of juist niet. Dan moet je even over het stuur heen kijken om informatie af te lezen. Voor die mensen met ‘beperkt zicht’ is het verstandig om het optionele head-up display te bestellen. Niet alleen een mooie voorziening, maar ook erg handig. Optioneel levert Peugeot ook een infotainmentsysteem met 8,0-inch touchscreen. Wat valt nog meer op achter het stuur? De A-stijl is vrij dik, waardoor het zicht naast de auto soms wat beperkt is. Verder gebruikt Peugeot alleen harde maar wel nette kunststofsoorten, maar dat is normaal in dit segment.
Twee lengtes
De Peugeot Rifter is er als korte (4,40 meter) of lange versie (4,75 meter). Beide versies zijn er met vijf of zeven zitplaatsen. Op de tweede zitrij zijn drie afzonderlijke stoelen te vinden, allemaal voorzien van ISOFIX-aansluitingen. Goed nieuws dus voor de kersverse ouders die in de weer moeten met kinderzitjes. Op de lange versie zijn de twee losse stoelen van de derde stoelrij verschuifbaar en verwijderbaar (net als op de standaardversie) zodat meer bagageruimte of juist meer knieruimte gecreëerd kan worden. De voorste passagiersstoel kan worden weggeklapt in de vloer.
Zitten
Zowel vóór- als achterin kun je in de Rifter prima zitten. Zelfs met een lengte van 1,90 meter stoot je nog altijd niet je kruin aan het plafond. Ook niet als je het panoramadak aanvinkt op de optielijst, waardoor de daklijn iets zakt. De zittingen zijn vrij smal, maar zitten prima. Rijden in de Rifter is een comfortabele aangelegenheid. Hij stuurt direct en voelt voor een MPV best lichtvoetig aan. De auto heeft vooral een no-nonsense-karakter.
Familie-MPV met stoer randje
Oogt de basisversie van de Peugeot Rifter wat braafjes? Kijk dan eens naar de GT-Line-uitvoering (zie foto hieronder) die Peugeot speciaal voor de Rifter heeft ontwikkeld. Deze uitvoering heeft extra dikke aankleding, met onder meer Noir Onyx-kleurige details, zoals de omlijsting van de grille, de buitenspiegelkappen, de dakdragers en inzetten in de beschermstrips op de zijkanten. De GT Line krijgt van Peugeot 17-inch lichtmetaal in de kleur Aoraki. In het interieur zien we een met leder afgewerkt, in ‘Marron Quente’ gespoten delen van het dashboard, Tissu Casual bekleding en een wedstrijdvlag-blokmotief als achtergrond voor de tellers.
Benzinemotoren
De motoren dan. Er is keuze uit een 1.2 PureTech met 110 pk of 130 pk. De versie met 130 pk is er ook met EAT8-automaat. De 1.2 PureTech 110 heeft een handgeschakelde zesbak en lijkt de ideale motor voor in de Rifter. Vlot genoeg en ook onderin voldoende krachtig. Wel vallen de vrij lange slagen van de handbak op, maar daar valt prima mee te leven. Het koppelingspedaal goed doseren vraagt om wat gewenning. Kwestie van veel kilometers maken.
Dieselmotoren
Dieselen kan ook: er is keuze uit een zelfontbrander met 75, 100 of 130 pk, allemaal standaard met een handgeschakelde zesbak of een achttraps EAT8-automaat. Om ruimte te besparen heeft de versie met automaat geen traditionele pook, maar een draaiknop. Vierwielaandrijving is optioneel leverbaar. Dit systeem is ontwikkeld met partner Dangel. En komen er nog meer motorvarianten? Jazeker! In 2019 introduceert Peugeot een Rifter Electric en daarna staat er een PHEV op het programma. Maar eerst de reguliere benzine- en dieselmotoren. De Nederlandse levering van die versies start begin 2019. Prijzen moet Peugeot nog bekendmaken.
Conclusie
De Peugeot Rifter doet waar die goed in is: in comfort mensen van A naar B brengen, zonder enige verrassingen of uitblinkers. Behalve dan op het gebied van ruimte en opbergmogelijkheden: op die fronten maakt de Rifter een overtuigende indruk. Peugeot begrijpt kennelijk net als Opel en Citroën erg goed waar het koperspubliek van de Rifter op zit te wachten. Welke je van de drie moet kiezen? Laat dat afhangen van design en dan met name van het interieur. Weet in ieder geval dat ook in een familie-MPV de i-Cockpit verrassend goed uitpakt.