Autotest – Land Rover Defender 110 P400e
Stukje historie met een moderne twist
De Defender heeft een plekje in ons hart en wel om twee redenen. Enerzijds omdat de presentatie van de allereerste versie plaatsvond tijdens de AutoRAI in Amsterdam en anderzijds door de sympathieke uitstraling van de auto. De Land Rover Defender is typisch zo’n auto die iedereen tof vindt, zelfs als je niets met auto’s hebt. Dit keer gaan we op pad met de Land Rover Defender P400e, een plug-in hybride Defender. Is het wat?
Geschiedenisles
Maar voordat we gaan rijden met de Defender P400e, eerst een kijkje in de historie. De Defender is in feite de rode draad in het bestaan van Land Rover. Hoewel de naam ‘Defender’ nog relatief jong is, gaat het DNA al veel verder terug. De overoverovergrootvader van deze Defender was namelijk de Series I, een – voor die tijd – serieuze offroader die lichtelijk geïnspireerd was op de Willy’s Jeep uit de Tweede Wereldoorlog. De Land Rover was echter luxer en meer gericht op comfort. Deze Series 1 is vanaf 1948 ruim tien jaar in productie geweest en is daarna opgevolgd door de Series II. Met een aantal veranderingen.
Op cosmetisch vlak werden de lijnen minder scherp en op motorisch gebied werd het juist ietsje spannender, want de 37 kW (50 pk) sterke 1,6-litermotor werd vervangen door een 2,25-liter-motor met 51 kW (70 pk). Begin jaren ’70 kwam de Series III, een 4×4 waarbij je al flink wat gelijkenissen ziet met onze Defender. Na de Series III ging dit type Land Rover door het leven als Land Rover met de aanduiding van de lengte, zoals Land Rover 90 of 110. In principe is het dezelfde generatie gebleven tot in 2016. Los van wat verbeteringen hier en daar en verschillende uitvoeringen, ruim 30 jaar hetzelfde dus! Met in 1990 de toevoeging van de naam ‘Defender’. Per 2020 is de volgende generatie Land Rover Defender daar, onze testauto.
Tekst gaat verder onder de afbeeldingen
Plug-in hybride
Hoe groot kan het contrast zijn tussen de Land Rover Series I waarbij je de verbrande olie bijna door je scherm kunt ruiken en onze geteste geëlektrificeerde Defender. Ja, deze Defender heeft geen dikke V8 of dieselmotor, maar een hybride aandrijflijn. Je kunt dus kleine afstanden volledig elektrisch afleggen. Tot 43 kilometer (WLTP) volgens Land Rover. In de praktijk ligt dit iets lager, maar komt toch wel akelig dicht bij die beloofde range. De elektromotor wordt aangedreven door een 19,2 kWh-batterij en levert 105 kW (143 pk).
Voor de overige kilometers heb je de beschikking over een 2,0-liter viercilinder met 220 kW (300 pk). De elektromotor en de benzinemotor zijn samen goed voor een systeemvermogen van 297 kW (404 pk). Dat maakt Defender P400e bijna de snelste en krachtigste Defender ooit, maar absoluut de zuinigste. De hybride aandrijflijn scheelt vooral een hoop bpm, ruim 40.000 euro in vergelijking met de kleinste dieselmotor en een slordige 80.000 euro vergeleken met de V8. Dat terwijl de P400e qua prestaties bijna niet onderdoet voor de beestachtige V8. Opladen van de Defender P400e kan op de plekken waar je dat gewend bent, dus thuis, publieke laadpalen of snelladen. Dat laatste kan met een snelheid van 50 kW, waarmee je de accu in 30 minuten tot 80% oplaadt.
Tekst gaat verder onder de afbeeldingen
Snelle jongen
De 404 pk en 640 Nm maken van deze Land Rover Defender P400e een rappe wagen, ondanks zijn immense proporties. Vanuit stilstand naar 100 km/u komen duurt slechts 5,6 seconden. Dat is een indrukwekkende prestatie, zeker als je weet dat de aandrijflijn maar liefst 2.669 kg vooruit moet zien te krijgen. Schakelen gaat met een automatische transmissie. De automaat is goed bij de les en schakelt soepel. De overgang van de elektrische motor naar benzine is feilloos en ook het terugschakelen om in te halen gaat zoals je het wilt: vlot en moeiteloos.
Bakbeest
We zijn op pad met de 110-versie, de lange variant van de Defender. De Defender 90, een driedeurs variant met kortere wielbasis, is overigens niet verkrijgbaar met deze P400e-aandrijving. De Defender 110 heeft een lengte van vijf meter, inclusief reservewiel, en is twee meter breed en twee meter hoog. Oftewel, op voorhand een hel om te parkeren. Toch valt dat in de praktijk reuze mee. Tuurlijk, hij is groot, maar de auto laat zich bijzonder lichtvoeting manoeuvreren op krappe parkeerplaatsen en in kleine stadsstraatjes. De Defender P400e helpt je ook wel een handje mee. Zo krijg je als bestuurder 360 graden Park Distance Control (optioneel ook als 360°-camera) rondom de auto. De obstakels zie je dan op het centraal geplaatste scherm. Parkeren wordt daarmee een fluitje van een cent. Bij daglicht overigens, want bij weinig licht wordt het beeld van de achteruitrijcamera een stuk minder scherp en dan wordt om je heen kijken een grotere uitdaging.
Design
Het hoekige voorkomen met de eigenzinnige designelementen maken de Defender zoals we hem kennen. Het gevoel van de oudere generatie Defender hebben ze bij de huidige Land Rover perfect weten te vangen. Voorbeelden van dit soort elementen zijn de ronde koplampen met kenmerkende losse richtingaanwijzers, het opstaande stukje carrosserie onder voorruit, de raampjes in het afgeronde dak, de losse achterlichten en de typische bolling in de flank. Het is in onze ogen een zeer geslaagde moderne kijk op een klassiek design. Dat vinden veel mensen. Regelmatig gaan duimpjes omhoog en wordt de auto nagekeken als je langsrijdt. Erg leuk én terecht, zouden wij namelijk ook doen.
Het interieur
We spraken al even over het scherm dat midden in het dashboard te vinden is. Pivi Pro, zoals het multimediasysteem heet. Het werkt intuïtief en reageert direct op input. De positionering van het 11,4-inch scherm is wat laag, waardoor je ogen langer van de weg zijn dan je zou willen. Zelfs met de stoel op de laagste stand. Dat ‘ongemak’ wordt voor een deel opgelost door het head-up display, dat je geheel naar eigen wens kunt personaliseren. Ook de knoppen op het stuur zijn ook makkelijk te onthouden, waardoor je simpele acties prima kunt uitvoeren zonder je ogen van de weg te halen. Verder voelt het binnen in de Defender 110 al heel snel vertrouwd. Het is een fijne plek om te zijn. De materialen zijn robuust, maar voelen toch premium aan. De grote stoelen zitten vorstelijk, maar bieden door de korte zitting net te weinig ondersteuning voor lange ritten en in scherpe bochten hebben ze te weinig zijdelingse steun. Maar goed, het is geen sportwagen. Dus daar kunnen we mee leven.
Achterin
De passagiers achterin hebben zeeën aan ruimte. Bovendien hebben ze achterin een eigen klimaatregeling en zijn er voldoende USB-poorten aanwezig om alle apparaten onderweg op te laden. De kofferbak oogt klein voor een auto van vijf meter. Dat komt voornamelijk door het accupakket wat daaronder ligt. Je kunt nog altijd de achterbank plat leggen waardoor je het volume meer dan verdubbelt. De achterkant van de tweede zitrij is bekleed met hetzelfde materiaal als de vloer van de bagageruimte, zodat ze niet te beschadigen als je er bagage op legt. Daar is over nagedacht.
Je kunt zelfs alles wat je mee wil nemen stapelen tot het dak en toch perfect zicht naar achter hebben, door de realtime camerabeelden van achter de auto die op de binnenspiegel getoond worden. In de kofferruimte kan door middel van de luchtvering de hoogte van de auto veranderd worden om inladen gemakkelijker te maken. Door diezelfde luchtvering komt de auto ook naar beneden als je uitstapt. Handig!
Tekst gaat verder onder de afbeeldingen
Het rijden
Dan is het eindelijk tijd om plaats te nemen achter het stuur van de Land Rover Defender 110 P400e en te gaan rijden. De hoge zit maakt dat je als een vorst uitkijkt over het overige verkeer dat – letterlijk – tegen je opkijkt. Wat de eerste meters direct opvalt is het gemak waarmee deze Defender van zijn plek komt. Het is indrukwekkend. Het gevaarte blijft ook bijzonder gemakkelijk accelereren naar snelheden waarbij je weet hoe laat het is als je een stopteken krijgt.
Toch is het wel merkbaar dat je met een lel van een auto onderweg bent. Dat komt mede door de windruis dat al vroeg optreedt. Het feit dat de auto inclusief passagiers bijna drie ton aan kilo’s meezeult zorgt ervoor dat het gewicht duidelijk voelbaar is. Je voelt dat het gewicht van de voorkant naar achteren wordt verplaatst bij accelereren en vice versa bij afremmen. Ook na het abrupt staken van hard accelereren is de Defender even aan het zoeken waar hij zijn gewicht moet laten, met als resultaat een licht gewiebel van de auto. Dat ook net zo snel weer weg is overigens. Lange doordraaiers doet de Defender daarentegen uitstekend voor zijn formaat, maar rotondes en krappe bochten op snelheid zijn niet voor deze auto weggelegd.
Logisch ook, daar is die ook niet voor gemaakt. De auto nodigt niet uit om constant het gas in te trappen, maar meer om net boven de maximum snelheid cruise control aan te zetten om vervolgens ergens in Zuid-Spanje de caravan los te koppelen – want je kan 3.000 kg trekken – en de volgende dag met de Defender de offroad-paden van de Pyreneeën te ontdekken.
Offroad
Tja offroad… We verwachten niet dat veel Nederlandse Defender-kopers met hun Land Rover het onverhard opzoeken, maar het is wel fijn om te weten dat-ie het kan. Land Rover zou Land Rover niet zijn als je niet kon kiezen uit verschillende standen voor diverse ondergronden, zoals rotsen, modder, sneeuw of zand. De Defender bepaalt dan zelf de juiste rijhoogte, gearing en welke differentiëlen gelockt moeten worden bij het type ondergrond waar je op rijdt. Je kan deze instellingen altijd overrulen als je denkt dat je het beter weet.
Drie rijmodi
Over instellingen gesproken. De Defender beschikt over drie verschillende standen waarin je kunt rijden. Een ‘EV mode’ waarin de auto zo veel mogelijk elektrisch rijdt. In de ‘Hybrid-stand’ gebruikt de Defender zowel de elektromotor als de benzinemotor. De laatste stand is ‘Save’ waarin uitsluitend de benzinemotor het werk doet, zodat je nog elektrische capaciteit overhoudt voor in de stad bijvoorbeeld.
Prijzen en uitrusting Defender 110 P400e
Prijzen voor de Defender beginnen bij 85.000 euro en dan heb je direct de hybride P400e-aandrijving. De Land Rover Defender P400e zoals wij hem hebben gereden kost 115.047 euro. Deze beschikt over de Defender X-Dynamic SE-pakket, met o.a. 20-inch lichtmetalen wielen, led-koplampen, interieurverlichting, verwarmde buitenspiegels, geüpgraded audiosysteem, Pivi Pro en Blind Spot assist. Verder zijn er ook nog opties als de kleur Tasman blue, camera als achteruitkijkspiegel, wifi, draadloze telefoonoplader, glazen panoramadak met schuif-/kanteldeel, trekhaak en 230V-aansluiting.
Je kunt het bij Land Rover zo gek maken als je wil wat betreft uitrusting. Van daktenten tot aan een snorkel, hondenloopplank, afspoelstysteem, ingebouwde luchtcompressor, waterdichte stoelhoezen, ladders, fietsdragers, een lier. Alles kan. De grootste concurrent van deze Land Rover Defender P400e is de Jeep Wrangler 4Xe Rubicon.
Conclusie
Terugkomend op de vraag uit de intro: is het iets, een hybride Land Rover? Absoluut! Ondanks dat de P400e er misschien alleen is om de gemiddelde uitstoot van Land Rover naar beneden te halen, is dit wel de aandrijving die we zouden kiezen. De Defender met de V8 in het vooronder is natuurlijk een begeerlijke auto, maar kost tweeënhalf keer zoveel als de P400e en is maar 0,2 seconden sneller in een sprint van nul naar de 100 km/u. Om nog maar te zwijgen over het verbruik. De P400e is snel, relatief zuinig en biedt alle luxe en veelzijdigheid die je kunt wensen. Zonder dat je hoeft in te boeten op prestaties of bruikbaarheid en je houdt nog centen over om de boel leuk aan te kleden.