Wist je dat: het Amerikaanse avontuur van Renault
Een terugblik op de Amerikaanse historie van het merk
Op 27 mei kwam het grote nieuws naar buiten dat FCA (Fiat Chrysler Automobiles) een fusievoorstel bij Groupe Renault heeft ingediend. Meer dan vijftig geleden ging Renault ook al een samenwerking aan met een Amerikaanse autofabrikant. Een terugblik op een aantal bijzondere Frans-Amerikaanse modellen.
Renault Dauphine
Waarom Franse auto’s zelden in Amerika doorbreken, blijft een raadsel. De Amerikanen zijn tenslotte gek op comfortabele auto’s, iets waar de Franse auto-industrie zijn handelsmerk van heeft gemaakt. Ondanks verwoede pogingen van Peugeot, Citroën en Renault wilde het toch niet lukken.
Mogelijkerwijs waren modellen als de Peugeot 505 of Citroën simpelweg te excentriek en exotisch voor de Amerikaanse autokopers. Renault was daarentegen redelijk succesvol op de Amerikaanse markt met de Dauphine, totdat de markt voor importauto’s in 1960 instortte.
Frans-Amerikaanse samenwerking
In 1961 verschijnt in Amerika de AMC (American Motors Corporation) Rambler op de markt. Een – voor Amerikaanse begrippen – kleine sedan die uitsluitend met een zes-in-lijn of V8 benzinemotor leverbaar was. AMC zag de Rambler als een echte ‘wereldauto’ en het model werd niet alleen in Wisconsin geassembleerd, maar zag ook het levenslicht in: Argentinië, Australië en Nieuw-Zeeland.
Ook in het Belgische Haren begon Renault met de productie van Ramblers. Het merk zocht namelijk een topmodel om de ruimte boven de Dauphine op te vullen. Tot de introductie van de Renault R16 in 1965 moest de Rambler die ruimte innemen.
Le Car
In de jaren zeventig sloeg de oliecrisis toe en Renault besloot de overstap naar Amerika te wagen. Het was de taak van de Renault Fuego, R18 en de compacte Renault 5 om de harten van Amerikanen te veroveren. De Renault 5 werd in 1976 omgedoopt tot ‘Le Car’ en aangeprezen als een ‘superzuinige auto’ die ‘miljoenen kopers in Europa gelukkig maakte’. In 1976 werd de Le Car 6.800 keer verkocht. Dat aantal steeg in 1982 tot 37.000 exemplaren, een bescheiden succes dus.
Le Car Van
Ten opzichte van de Europese Renault 5 kreeg de Le Car aangepaste bumpers en nieuwe verlichting. Carrosseriebouwer Heuliez presenteerde zelfs een Le Car Van met flitsende stickers, ronde zijruiten en een losstaand reservewiel, heerlijk seventies!
‘Auto van het Jaar 1983’
In 1980 besloot Renault het noodleidende AMC te helpen door een meerderheidsbelang te nemen. In 1983 werd de Renault Le Car opgevolgd door de Renault Alliance, een kleine sedan op basis van de Renault 11 die in de AMC-fabriek werd gebouwd. De auto werd gelijk door het Amerikaanse merk ‘Motor Trend’ verkozen tot ‘Auto van het Jaar 1983’. In 1984 werd het gamma uitgebreid met de Renault Encore: een hatchback op basis van de Renault 9.
Het topmodel: de Premier
Beide modellen werden goed ontvangen in Amerika en het geld stroomde binnen bij AMC. Ondertussen werd er ook volop gewerkt aan een grote sedan – genaamd Premier – dat het nieuwe topmodel in de Verenigde Staten moest worden.
De Italiaanse designstudio Giugiaro tekende een langgerekte auto met een uiterst lage cW-waarde van 0,31. Het uiterlijk kon de ingenieurs van AMC wel bekoren, maar over het Europese interieur waren ze niet enthousiast. Dat kreeg ter plekke een make-over.
De Premier was gebaseerd op het onderstel van de Renault 25, maar voor de aandrijflijn werd er uit de magazijnen van beide merken geput: Jeep leverde een viercilinder benzinemotor en Renault leverde de V6 PRV-benzinemotor.
Dag AMC, hallo Eagle
De Renault Premier was in 1987 klaar om aan de pers getoond te worden, maar ondertussen hingen er donkere wolken boven AMC. De Alliance en Encore verkochten goed, maar de winstmarge was zo klein dat het marktaandeel onder de 1% zakte. Chrysler besloot daarom om AMC te kopen. Renault kreeg ondertussen zelf financiële problemen en verkocht zijn aandelen aan Chrysler. Dat liet de merknaam AMC vallen en introduceerde het merk Eagle.
Renault of Eagle?
Grappig genoeg testten de Amerikaanse autojournalisten de Renault Premier, maar het model kwam uiteindelijk in 1988 als Eagle Premier op de markt. Verder introduceerde het merk ook de Medallion, die bij ons als Renault 21 door het leven ging. Tot 1998 leverde Eagle Renaults en Mitsubishi’s onder zijn eigen merknaam. Daarna werd het opgegeven en verdween Renault van de Amerikaanse markt.
Geen terugkeer
Betekent de mogelijke samenwerking tussen FCA en Groupe Renault een terugkeer naar de Amerikaanse markt? Waarschijnlijk niet. Ondanks dat er regelmatig geruchten opduiken lijken er geen plannen te zijn voor een terugkeer. Toch is het een mooi onderwerp om over na te denken. Wat zouden beide concerns samen kunnen ontwikkelen? Een Alpine A110 met Alfa Romeo-logo? We zullen het waarschijnlijk nooit te weten komen.