Waar komen toch de verschillen vandaan tussen de Belgische en Nederlandse wegen?
AutoRAI.nl
Wie regelmatig tussen Nederland en België rijdt, weet dat de verschillen in infrastructuur, wegkwaliteit en bewegwijzering groter zijn dan je op basis van de geografische nabijheid zou verwachten. Beide landen volgen de Europese verkeersregels, maar de toepassing en uitvoering ervan lopen zichtbaar uiteen.
Ale, laten we eens kijken naar wat België op verkeersgebied van Nederland zou kunnen leren.
Wegkwaliteit: duidelijke verschillen in waardering en onderhoudsniveau
Volgens het World Economic Forum behoort Nederland tot de Europese top met een wegkwaliteitsscore van 6,4 op een schaal van 7, terwijl België rond de 4,4 uitkomt. Dat verschil zie je terug in de praktijk. Nederlandse (snel)wegen hebben vrijwel overal stil asfalt of andere hoogwaardige deklagen, met strak uitgevoerd onderhoud en consequente markering.
In België is de situatie net even anders…. Wie een roadtrip door België maakt, komt in aanraking met verschillende wegen. Hoofdwegen zoals de E40 tussen Brussel en Leuven, de E17 tussen Antwerpen en Gent en delen van de E19 zijn de afgelopen jaren grondig vernieuwd, maar regionale trajecten kennen nog steeds ‘variabele kwaliteit’, om het zo maar te zeggen.
Sommige trajecten bij onze zuiderburen hebben meerdere renovatiefases nodig gehad vanwege slijtage en puttekes in de weg. Deze werkzaamheden tonen weliswaar het onderhoud dat wordt uitgevoerd, maar ook de historisch ontstane achterstand die minder plezant is voor het comfort onderweg.
Bewegwijzering: Nederland uniform, België per gewest anders
Eén van de meest zichtbare verschillen is de bewegwijzering. Nederland werkt met een strak, landelijk uniform systeem van borden, lettertypen, herkenbare vormen en vaste afstanden bij bijvoorbeeld aftakkingen.
In België zijn ze nog niet de weg kwijt. Door de bestuurlijke indeling van het land met meerdere gewesten – Vlaanderen, Wallonië en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest – hebben ieder hun eigen wegbeheer en bestaan er meerdere stijlen naast elkaar. Wie op verkeersbord.be kijkt, ziet bijvoorbeeld duidelijk de verschillen tussen de straatnaamborden die worden gebruikt in Vlaanderen en Wallonië. Dat maakt de bewegwijzering minder uniform dan je als Nederlandse automobilist misschien gewend bent.
Snelheidslimieten: binnen één land verschillende regimes
In Nederland wordt het vrij eenduidig gecommuniceerd op de snelwegen dat er overdag 100 km/u gereden mag worden en ’s avonds 120 km/u of 130 km/u. Dit staat op de meeste plekken duidelijk aangegeven en bovendien is dit een landelijke standaardregel die je als bestuurder moet kennen.
In België ligt de maximumsnelheid op autosnelwegen standaard op 120 km/u. Buiten de bebouwde kom lopen de limieten echter uiteen. In Vlaanderen geldt sinds 2017 vrijwel overal 70 km/u, terwijl in Wallonië in de meeste gevallen 90 km/u van kracht is, tenzij borden anders aangeven. Dat betekent dat je binnen één rit verschillende limieten tegen kunt komen. België investeert daarnaast al jaren de uitbreiding van trajectcontroles. Dat zorgt weliswaar voor een gelijkmatigeere verkeersstroom, maar betekent ook dat er een grotere kans is dat jouw snelheidsovertreding sneller wordt geregistreerd – amai, even opletten dus!
Waarom die verschillen?
In Nederland ligt het beheer van de hoofdwegen bij één organisatie: Rijkswaterstaat. Daardoor zijn onderhoud, bewegwijzering en ontwerpstandaarden overal in het land uniform geregeld. In België werkt dat anders. Daar zijn infrastructuur en wegbeheer al jaren een regionale bevoegdheid, waardoor Vlaanderen, Wallonië en Brussel elk hun eigen wegbeheerder hebben – respectievelijk het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV), Service Public de Wallonie (SPW Mobilité) en Brussel Mobiliteit.
Met verschillende budgetten, beleidsprioriteiten en ontwerpkeuzes ontstaan vanzelf regionale verschillen in uitstraling en kwaliteit van het wegennet. Het is dus niet toevallig dat er onderlinge verschillen zijn, het is de bestuurlijke structuur die ervoor zorgt dat België afzonderlijke infrastructuursystemen kent.
Dus, wat zou België van Nederland kunnen leren?
Misschien vooral dit: een beetje meer dezelfde taal spreken op de weg. Nederland laat zien dat uniforme borden, duidelijke snelheden en strak asfalt rust geven achter het stuur. België hoeft daar geen kopie van te worden – het heeft ook wel een beetje charme, toch? – maar een beetje meer eenheid zou het rijden wél wat overzichtelijker maken.