Autotest – Mini Clubman
Kleintjes worden groot
Door Nile van Leeuwen. Fanatieke autoliefhebber, gedreven autojournalist en ervaren tekstschrijver die zich druk maakt om alles op het gebied van mobiliteit. |
Alles went, al heeft het soms even tijd nodig. Een Mini die bijna zo groot is als een BMW 3-serie Touring bijvoorbeeld. De nieuwe Clubman heeft een enorme groeispurt doorgemaakt, maar gelukkig is hij net zo sympathiek en karaktervol als altijd.
Even wennen…
Mini verbaasde vriend en vijand toen het in 2010 de Countryman lanceerde. Het merk dat wereldwijd zo succesvol was met het compacte retromodel, kwam ineens met een grote auto, met vier deuren en genoeg ruimte voor het hele gezin.
Ja, wij moesten er ook aan wennen. Maar het was nodig. Mini had geen alternatief voor tevreden klanten die meer ruimte nodig hadden. Geen model dat bestaande klanten vasthoudt en nieuwe klanten uit andere segmenten aantrekt. Na de komst van de Countryman wel en sindsdien werd de drang om als merk te groeien alsmaar sterker. Al snel kwam de Paceman, toen de Mini vijfdeurs en nu de nieuwe Clubman.
LEES OOK: De Clubman ALL4 is de Mini voor sneeuwpret
‘Reuze-Mini’
Man wat is ‘ie groot. De Mini Clubman is een volwaardige C-segment stationwagen geworden. Hij is 27 centimeter langer en 9 centimeter breder dan de Mini vijfdeurs!
Gezien de lengte van 4,25 meter is het niet verrassend dat je in de Mini Clubman prima achterin kunt zitten. In de bagageruimte van minimaal 360 liter kun je ook aardig wat kwijt. Al gaat vorm hier boven functie. De twee karaktervolle achterdeurtjes die verwijzen naar de originele Mini Clubman van weleer, zijn niet altijd even handig als je krap geparkeerd staat. Bovendien moet eerst het rechter deurtje open voordat links open kan. En dicht vice versa.
De Mini Clubman mag dan aanzienlijk gegroeid zijn: het is een blijft een 100% Mini. Elk detail in het interieur is precies zoals je verwacht. Het dashboard met die tuimelschakelaars, het centraal geplaatste beeldscherm in die grote cirkel, de zitpositie, de rechtopstaande voorruit – álles is hetzelfde als in de drie- en vijfdeurs Mini.
Mini Clubman Cooper
Voor deze test gingen wij op pad met de Mini Clubman Cooper, voorzien van de 1,5-liter driecilinder benzinemotor met turbotechniek en handgeschakelde versnellingsbak. Deze krachtbron is absoluut een van de beste driecilindermotoren van dit moment. Met 136 pk en 220 Nm presteert hij fenomenaal. De Clubman accelereert veel sneller dan je op papier zou verwachten. De trekkracht is wonderbaarlijk. Tegelijkertijd loopt hij mooi stil en bij een snelheid van 120 km/u in de zesde versnelling draait het blok slechts 2.500 tpm. Heel fijn.
Belangrijker is dat de Clubman stuurt zoals van Mini wordt verwacht. Dat speelse en sportieve – of kartachtig zoals Mini het zelf noemt – is direct merkbaar, zéker in de sportstand. De Mini Clubman stuurt lekker direct. De neus blijft mooi vlak in bochten. De wegligging is top. Maar zo strak en hard als de driedeurs Mini is de Clubman gelukkig niet. vergeet niet dat de Mini Clubman een gezinsauto is, waarbij comfort ook een rol van betekenis speelt.
De nieuwe Mini Clubman is leverbaar vanaf 24.490 euro voor de One-uitvoering. Het gereden exemplaar, de Clubman Cooper, is er vanaf 27.490 euro. En altijd leuk om te vermelden: de Mini Clubman wordt in Nederland gebouwd.
LEES OOK: Mini nieuwe sponsor wielerteam Giant-Alpecin