Wist je dat: deze auto heeft een vliegtuigmotor
De krachtbron is niet het enige dat hem uniek maakt
Een jonge autoverkoper en constructeur van raceauto’s die besluit om de auto van de toekomst te bouwen. Hij wordt daarbij geplaagd door financiële problemen en slechte publiciteit en zijn droom eindigt in mineur. Klinkt bijna als een Disney-film toch? Het is het verhaal van Preston Tucker en de Tucker 48: de auto die zijn tijd te ver vooruit was.
Grote kans voor kleine autofabrikanten
Voor het verhaal van Tucker, maken we een sprong terug in de tijd. Na de Tweede Wereldoorlog floreerde de economie in de Verenigde Staten. De sky is the limit, maar bij de drie grote Amerikaanse autofabrikanten (Chrysler, Ford, General Motors) blijft het angstvallig stil.
Er zijn sinds 1941 namelijk geen nieuwe modellen meer ontwikkeld. Het is de kans voor kleinere fabrikanten om aan de stoelpoten van de Grote Drie te zagen. Studebaker was één van de eerste die met een splinternieuw – maar vrij conventioneel – model op de markt kwam.
De auto van de toekomst
De Amerikaan Preston Tucker kiest een andere koers. Hij werkt al sinds het begin van de Tweede Wereldoorlog aan een auto die een ware revolutie moet ontketenen. De Tucker moest niet alleen zeer gestroomlijnd worden, maar ook aan de nieuwste veiligheidseisen voldoen.
Innovatief
Wat te denken van schijfremmen, onafhankelijke wielophanging, meedraaiende koplampen, gordels, een veilige stuurkolom en een instrumentencluster achter het stuurwiel. Is dat bijzonder? In die tijd wel. De meeste auto’s hadden namelijk centraal in het dashboard geplaatste instrumenten. Niet ideaal, want je moest tijdens het rijden altijd je blik van de weg af wenden.
Geen versnellingsbak
Ook de aandrijving moest uniek worden. In plaats van een conventionele V8- of zescilinder benzinemotor koos Preston Tucker voor een aluminium zescilinder boxermotor met brandstofinjectie. De experimentele motor was via een ingenieus koppelsysteem direct met de achterwielen verbonden.
Nog voordat de eerste Tucker van de lopende band afliep was de auto al een hype. In 1947 waren 3.000 mensen aanwezig bij de onthulling van de Tucker 48. Iets wat de grote Amerikaanse autofabrikanten met argusogen bekeken.
Tucker Torpedo
De auto zou oorspronkelijk Tucker Torpedo heten, maar vanwege de naweeën van de Tweede Wereldoorlog werd de auto vernoemd naar het jaar dat hij op de markt verscheen: 1948. Nog voordat de auto onthuld was, deden de eerste problemen zich voor.
De onafhankelijke wielophanging bezweek onder het zware gewicht van de auto. Verder was de experimentele aandrijflijn onbetrouwbaar, waardoor de motor stond te koken op het podium.
Reputatie beschadigd
Één van de aanwezige journalisten klaagde openlijk over het rijgedrag van de Tucker en het feit dat een achteruitversnelling op het prototype niet aanwezig was. De innovatieve reputatie van Tucker werd direct beschadigd. Verder had Preston de grootste moeite om een goede aandrijflijn te ontwikkelen.
Vliegtuigmotor
De experimentele boxermotor werd aan de kant geschoven. Tucker koos in plaats daarvan voor een luchtgekoelde zescilinder boxermotor die oorspronkelijk voor vliegtuigen ontwikkeld was. Het motorblok werd volledig onder handen genomen door Tucker en was uiteindelijk betrouwbaar genoeg voor de 48.
Veiligheid bewezen
Tucker maakte met de 48 diverse promotieritten om de auto aan het Amerikaanse publiek te showen. Daarbij werd hij zelfs een keer aangehouden door een motoragent die de auto beter wilde bekijken. Overal waar hij kwam trok hij een enorm publiek.
De Tucker 48 werd ook op het circuit getest. Tijdens een testsessie crashte een van de auto’s, met drie koprollen tot gevolg. De coureur stapte ongedeerd uit en na het wisselen van een lekke band reed de Tucker zelfstandig het circuit af.
Aangeklaagd voor fraude
Het leek de kleine Amerikaanse autofabrikant voor de wind te gaan, maar niets bleek minder waar. Om zijn kostbare auto te financieren had Tucker de verkooprechten aan verschillende geïnteresseerden verkocht. Die betaalden veel geld om een auto te verkopen die eigenlijk niet bestond.
Preston Tucker werd dan ook publiekelijk aangeklaagd voor fraude. Er werd openlijk getwijfeld aan de intenties van Preston Tucker. Wilde hij echt een auto op de markt brengen of slechts geld van investeerders aftroggelen?
Het kwaad was geschied
Uiteindelijk werd de onschuld van Preston Tucker bewezen, maar het kwaad was al geschied. Tucker was bankroet en ging failliet. Preston Tucker zelf bleef gedesillusioneerd achter, maar storrte zich uiteindelijk op de ontwikkeling van andere auto’s. Hij stierf uiteindelijk in 1956 aan longkanker.
Ondanks alle perikelen zijn er toch nog 51 Tuckers 48 gebouwd, waarvan er nog 47 bestaan. Het verhaal van Tucker is in 1988 door regisseur Francis Ford Coppola verfilmd. Leuk detail: Coppola’s vader was een van de investeerders in Tucker en Coppola zelf bezit twee exemplaren. De film is een tragisch eerbetoon aan deze bijzondere auto.