Een nieuwe auto voor 10.000 euro, komt die nog terug?
Door Bart Oostvogels. Mede-hoofdredacteur AutoRAI.nl en MotorRAI.nl. In de wieg gelegd als automotive journalist. Een échte nieuwsjager en liefhebber van auto’s én motoren. Hoe lichter, hoe beter! Als het maar wielen heeft. |
Waar is de tijd gebleven? In 2018 – dat is slechts vier jaar geleden – kon je voor ongeveer 10.000 euro een nieuwe auto kopen. Tegenwoordig is dat wel anders. Ook in het A-segment rijzen de prijzen de pannen uit. De goedkope nieuwe auto lijkt verleden tijd.
Goedkope nieuwe auto voor ongeveer 10.000 euro
Een Toyota Aygo voor 10.550 euro, een Peugeot 108 voor 10.945 euro, een Hyundai i10 voor 10.995 euro, in 2018 waren dit volstrekt normale prijzen. Maar omdat de overheid de CO2-uitstoot van een auto met verbrandingsmotor steeds strenger belast, zijn de prijzen stevig opgelopen. De goedkope nieuwe auto bestaat eigenlijk niet meer. Dezelfde Hyundai i10 kost bijvoorbeeld al 15.595 euro. Peugeot heeft zelfs het A-segment verlaten omdat het verdienen aan een auto in het A-segment bijzonder lastig is geworden.
Verlaters van het A-segment
Peugeot is niet de enige die het A-segment heeft verlaten. De combinatie van strengere emissieregels van de Europese Unie en te kleine winstmarges zet vraagtekens achter het voortbestaan van het A-segment. De Peugeot 108, Citroën C1, Skoda Citigo, Seat Mii, Ford Ka+, Opel Karl en Suzuki Celerio zijn allemaal uit het A-segment verdwenen.
Dit is er nog te koop
Je kunt nog wel een Volkswagen Up, Dacia Sandero, Renault Twingo E-Tech Electric, Mitsubishi Space Star, Suzuki Ignis, Kia Picanto, Hyundai i10, Fiat 500 en Toyota Aygo X kopen. Maar voor ongeveer 10.000 euro gaat dat niet meer lukken. Reken minimaal op dik 15.000 euro. De Dacia Sandero (15.550 euro) en Mitsubishi Space Star (15.490 euro) zijn verreweg de voordeligste keuzes. De aanhoudend populaire Kia Picanto begint in Nederland al bij 16.495 euro.
20.000 euro voor auto in A-segment? Peanuts!
Let wel op, de prijzen die we in dit artikel noemen zijn de basisprijzen. Uitgebreid infotainment hoef je dan nog niet te verwachten. Voor opties mag je bijbetalen. Een bedrag van 20.000 euro is niets voor een auto in het A-segment. Het is tegenwoordig de normaalste zaak van de wereld. Het komt met name door belastingen waardoor prijzen sterk zijn gestegen, al merken fabrikanten ook wel dat grondstoffen duurder zijn geworden. Bovendien moet een auto – ongeacht het segment – verplicht over steeds meer veiligheidsystemen beschikken. Dat drijft de prijs op. Toch is het grootste deel van de toegenomen prijzen een gevolg van strengere belastingen. De koper is daar de dupe van. Die betaalt uiteindelijk de rekening.
De auto van 10.000 euro
Goed, dus de nieuwe personenauto voor 10.000 euro is echt verleden tijd? Helaas wel, maar autofabrikanten onderzoeken wel alternatieven voor de auto. De brommobiel – door autofabrikanten liever een citycar genoemd – is in opkomst. Die kunnen maar 45 km/u, maar je zit wel droog en je hebt voor 10.000 euro nieuwe wielen. Denk maar aan de Opel Rocks-e. Maar ook in het segment van de citycar mag je de portemonnee trekken. Want kijk maar eens naar de volgende prijzen. De Opel Rocks-e start bij 8.499 euro, de Carver kost 10.990 euro, een Biro Winter heb je vanaf 13.495 euro en voor een Eli Zero betaal je zelfs al 16.990 euro. En de legendarische Canta dan? Die kost 17.995 euro. Daar heb je tegenwoordig ook een auto in het A-segment voor.