“Donkervoort kiest weer voor Ford-motoren”
Audi-tijdperk voorbij, is Ford de volgende stap?
Door Bart Oostvogels. Mede-hoofdredacteur AutoRAI.nl en MotorRAI.nl. In de wieg gelegd als automotive journalist. Een échte nieuwsjager en liefhebber van auto’s én motoren. Hoe lichter, hoe beter! Als het maar wielen heeft. |
De Nederlandse sportwagenfabrikant Donkervoort zet een punt achter de samenwerking met Audi als motorleverancier. Donkervoort stapt vermoedelijk over op Ford. Deze keuze zou niet heel verrassend zijn. Sterker nog: het is een historisch verantwoorde keuze.
“Donkervoort in zee met Ford”
Officieel moet Donkervoort de samenwerking met de nieuwe motorleverancier nog aankondigen. Wie alle feiten bekijkt, komt al snel bij Ford uit. Zo is Amko Leenarts – al bijna dertien jaar de designaas van Ford Europa – op het moment van schrijven al bijna vijf jaar aangesloten bij Donkervoort als Advisory Board Member. Donkervoort Automobielen en Ford hebben dus korte lijntjes. Bovendien kan Ford ook technische ondersteuning bieden.
Historisch verantwoord
Kiezen voor aandrijflijnen van Ford is daarnaast historisch verantwoord. Zo heeft Donkervoort in het verleden de D8 Zetec geleverd, met Ford-motor dus. Ook de S8A en S8AT hadden een aandrijflijn van Ford: een 2,0-liter OHC. Kortom: er is dus historie.
Andere merken gingen Donkervoort al voor
Daarnaast wint Ford steeds meer terrein als motorleverancier van kleinere fabrikanten. Zo is Ariel Motors uit het Verenigd Koninkrijk – bekend van de Atom en Nomad – al eerder overgestapt op motoren van Ford, terwijl Ariel voorheen een deal had met Honda. De BAC Mono – een extreme eenzitter uit het Verenigd Koninkrijk – is verkrijgbaar met een 2,3-liter EcoBoost viercilinder van Ford.
EcoBoost-motoren: 2.3 I4, 2.7 V6, 3.0 V6 of 3.5 V6
Binnen de line-up van Ford zijn er vier motoren die interessant kunnen zijn voor Donkervoort. De eerste is een 2.3 EcoBoost. Deze kan namelijk ook in lengterichting worden geplaatst, iets wat in een Donkervoort een must is. In de Focus ST levert deze 2.253 cc grote viercilinder een vermogen van 280 pk met liefst 420 Nm aan koppel. In de Ford Mustang is deze krachtbron zelfs goed voor 317 pk en 434 Nm aan trekkracht. Het vermogen van deze aandrijflijn kan met wat aanpassingen eenvoudig worden verhoogd. Het veilige spectrum loopt van 350 tot zelfs 500+ pk. Dat is voor een fabrikant als Donkervoort interessant. Ten opzichte van de Audi-motor levert Donkervoort wel een cilinder in.
Ook V6-motoren
Een alternatief is de 3,5-liter V6 EcoBoost. Dit blok kan – met behulp van twee turbo’s – eenvoudig een vermogen leveren van 450 pk met 690 Nm aan koppel. Ford levert ook een veel nieuwere 3,0-liter EcoBoost V6-motor, bijvoorbeeld in de Raptor. In dat model levert deze aandrijflijn meer dan 410 pk. Genoeg opties dus. Een alternatief is de 246 kW (335 pk) sterke 2.7L EcoBoost V6 die ook in de Raptor wordt geleverd. De Donkervoort F22 is optisch stukken groter en breder dan de D8 GTO. Er is dus ruimte om eventueel een V6 te plaatsen in de motorruimte. Alle motoren van Ford lenen zich verder bovendien voor tuning, denk aan partijen als Mountune of Cosworth.
Uitbreiding in Verenigde Staten
Het belangrijkste voordeel van de 2.3, 2.7, 3.0 en 3.5 motoren van Ford: ze zijn stuk voor stuk gehomologeerd voor gebruik in de Verenigde Staten. Dat zou betekenen dat Donkervoort verder kan uitbreiden in de USA, een belangrijke markt waar heel wat vermogende autoliefhebbers wonen. Momenteel is Donkervoort daar nog maar op kleine schaal actief is.
Alternatief voor Ford?
Tja, die zijn er maar weinig. Betaalbaarheid en betrouwbaar zijn ook belangrijk. Koenigsegg heeft nog een Koenigsegg Tiny Friendly Giant Twin Turbo Freevalve 3-cilinder in de schappen liggen. Dat blokje levert 600 pk bij 7.500 toeren per minuut en haalt een red line van 8.500 tpm. Het koppel bedraagt 600 Nm tussen 2.000 en 7.000 tpm. De krachtbron zelf weegt maar 70 kilogram. Dat past goed in de ‘less is more’-filosofie van Donkervoort. Het zou best verrassend zijn als Donkervoort kiest voor een kleinschalige speler als Koenigsegg, ook gezien de relatie met Ford.
Donkervoort F22 Final Five
Om op een gepaste manier afscheid te nemen van het Audi-tijdperk, komt Donkervoort met de F22 Final Five. Deze uitvoering heeft koolstof-keramische remschijven (scheelt in totaal 10 kilogram), een titanium uitlaat (scheelt 4 kilogram), lichtgewicht carbon wielen en een body afgewerkt in zicht-carbon. Het resultaat is een Donkervoort F22 die niet 750 maar slechts 716 kilogram weegt. De Audi 2,5 liter R5 TFSI levert in de Final Five nog altijd 367 kW (500 pk) met 640 Nm aan koppel. Dat is genoeg power om in 2,5 seconden naar 100 km/u te sprinten en van 0-200 in 7,5 seconden. De topsnelheid bedraagt 290 km/u. Het prijskaartje van de F22 Final Five? Een stevige 315.000 euro in Europa, exclusief belastingen. Dat brengt de prijs van een Donkervoort F22 Final Five in Nederland al snel naar zo’n 450.000 euro inclusief BTW en BPM, als het niet meer is.
Audi-motoren in Donkervoort
Donkervoort introduceerde Audi’s vijfcilinder in 2011 in de D8 GTO. Deze motor transformeerde een toch al snelle Donkervoort tot iets uitzonderlijks. Aanvankelijk leverde de D8 GTO een vermogen van 280 kW – van Audi mocht het blok niet meer vermogen leveren – maar tegen de tijd dat de F22 eind 2022 arriveerde, produceerde diezelfde motor 367 kW. Een hoger motorvermogen was van Audi toen wel toegestaan.
Statement van Donkervoort
“Hoezeer de vijfcilindermotor Donkervoort ook heeft gedefinieerd, geldt er ook een gezegde: wanneer de ene deur sluit, gaat de andere open. Binnenkort heeft de exclusieve club van hypercarmerken iets nieuws om zich zorgen over te maken. Spoiler alert: hij is niet elektrisch en het is ook geen auto die miljoenen dollars kost. Watch this space!”, aldus Donkervoort in een statement. Wat denk jij? Ford? Of toch een andere fabrikant?
Verstopte hint?
Donkervoort heeft van de F22 Final Five diverse foto’s vrijgegeven. Op een van de foto’s staat een Donkervoort D20 op de achtergrond, waarvan slechts twee exemplaren zijn gebouwd. Met dat model begon de samenwerking met Audi, zij het op zeer kleine schaal. Nog veel interessanter is dat de D20 een 2,8-liter Audi V6 heeft. Zou dat een hint zijn voor een Donkervoort met V6-motor?