Vervanger van de 2 CV

Al in 1965 was Citroën bezig om een vervanger van de 2 CV te ontwikkelen. Maar de Eend wás natuurlijk helemaal niet te vervangen… Dat werd dus niks. Beginjaren zeventig probeerde Citroën het opnieuw, samen met Fiat en op de bodemsectie van de Fiat 127. Toen de samenwerking met Fiat stopte, ging Citroën zelf weer aan de slag.

“Al in 1965 was Citroën bezig om een vervanger van de 2 CV te ontwikkelen. Maar de Eend wás natuurlijk helemaal niet te vervangen…”

Peugeot-Citroën

Toen het merk in 1974 werd overgenomen door Peugeot, zette Citroën het project voort op basis van de Peugeot 104 en met de motor en transmissie van die auto. Daarmee werd de Citroën Visa het eerste model dat in het kader van de schaalvergroting componenten van een ander model van het PSA Peugeot-Citroën-concern deelde.

“Toen Citroën in 1974 werd overgenomen door Peugeot, zette Citroën het project voort op basis van de Peugeot 104”

Twee- en viercilindermotoren

De Citroën Visa verscheen in september 1978. Er was keuze uit Citroëns luchtgekoelde tweecilinder boxermotor (650 cm3) en Peugeots watergekoelde 1,1-liter viercilinder uit de 104. Dit geavanceerde motortje (vrijwel op zijn kant gemonteerd, aluminium blok, kettingaangedreven bovenliggende nokkenas en de versnellingsbak in het carter) verscheen later in diverse varianten en met diverse cilinderinhouden – van 954 tot 1.360 cm3.

Zachte vering

Trouw aan de Citroën-traditie was de Visa bijzonder zacht (‘comfortabel’) geveerd en hadden de onafhankelijk opgehangen wielen een lange veerweg. Maar omdat de auto wél stevig was gedempt, helde de koets niet zo erg over als die van de 2 CV en afgeleiden daarvan deden.

“Een opvallend detail was destijds het dashboard met de zogenoemde satellieten, waarin vrijwel alle bedieningsorganen waren gegroepeerd – onder vingerbereik”

Satellieten

Een opvallend detail was destijds het dashboard met de zogenoemde satellieten, waarin vrijwel alle bedieningsorganen zijn gegroepeerd – onder vingerbereik. Natuurlijk had de Visa een eenspaaksstuurwiel – dat hoorde destijds bij Citroën. De auto was ook van slechts één ruitenwisser op de voorruit voorzien. De Visa was een compact autootje en omdat de voorruit vrij vlak lag en dus ook vrij hoog was, kon Citroën voor de Visa toe met één enkele wisser.

Facelift

In 1982 kreeg de hele Visa-reeks een facelift. Daarbij verving Citroën het ‘varkensneusje’ van de oorspronkelijke Visa door een conventioneler, strakker front, met een dikke plastic rand langs het gehele front. Ook de achterkant werd onder handen genomen en voorzien van strakke, grotere achterlichtunits.

“De Découvrable verscheen in 1984: een ‘cabriolimousine’ met een groot stoffen vouwdak tot op de hoedenplank”

Diesel en Découvrable

In 1984 verscheen de dieselversie – met spatbordverbreders vanwege de grotere spoorbreedte vóór die met de dieselmotor samenhing. Ook de Découvrable verscheen in 1984. Dat was een door carrossier Heuliez gebouwde ‘cabriolimousine’: Heuliez voorzag de Visa van een groot stoffen vouwdak tot op de hoedenplank, maar liet de portieren ongewijzigd. Je moest het dak met de hand openklappen en oprollen. Grappig: de kleine achterklep van de Découvrable scharniert aan de onderzijde.

Sportieve versies

De compacte Citroën Visa was er ook in allerlei sportieve versies. Dat begon met de facelift in 1982 met de Visa GT, met een 1,4-litermotor en 59 kW. Een fraai autootje, maar veel spectaculairder was de Visa Chrono, die met twee dubbele carburateurs een vermogen van 68 kW leverde. De Visa Chrono werd geleverd in het wit, met opzichtige rode en blauwe sportstrepen.

“Veel spectaculairder was de Visa Chrono, met twee dubbele carburateurs, een vermogen van 68 kW en met opzichtige rode en blauwe sportstrepen”

Mille Pistes

De Visa Mille Pistes van 1983 deed daar nog een schepje bovenop. Dit was de straatversie van het Groep B-rallykanon dat Citroën inzette in het Franse kampioenschap rally’s. Het autootje was voorzien van vierwielaandrijving en vernoemd naar de rally waarin de Groep B-Visa in 1983 had gezegevierd in de klasse voor prototypes. Er zijn er maar tweehonderd gemaakt.

1.6 GTi

In 1986 verscheen de Visa 1.6 GTi – een klein bommetje dat technisch nauw verwant was aan de Peugeot 205 GTI en dat zich qua prestaties daarmee kon meten. Desondanks was deze versie van de Visa, voorzien van dubbele ronde koplampen en spatbordverbreders, geen groot succes – wie kent hem nog?

Zwanenzang C15

In 1988 stopte de productie van de Citroën Visa. Een afgeleide van het compacte autootje, de C15 die vanaf 1984 van de band rolde, bleef in allerlei varianten nog tot in 2006 in productie.

“In 1986 verscheen de Visa 1.6 GTi – een klein bommetje dat technisch nauw verwant was aan de Peugeot 205 GTI”